Wij gaan voor een langdurig partnerschap in flexibele arbeid, door flexibiliteit, continuïteit en kwaliteit te waarborgen en door met u mee te bewegen met de ontwikkelingen en vraagstukken in uw organisatie. Flexwerk kunnen wij derhalve ook aanbieden in diverse vormen, waarbij de vraag uit uw organisatie centraal staat. Denk hierbij o.a. aan werving en selectie, uitzendwerk, ZZP bemiddeling en outsourcing of contracting.
De diensten van Polned Uitzendbureau bestaan uit:
Werving en selectie
Polned Uitzendbureau werft haar werknemers via diverse kanalen uit heel Europa. Mede door deze kanalen en de reeds jarenlange ervaring heeft Polned een uitgebreide pool beschikbare kandidaten, waaruit wij de geschikte kandidaat selecteren. Op basis van het gevraagde profiel en eventueel bijkomende criteria van de klant wordt een passende match gemaakt. Wanneer de juiste medewerker is gevonden wordt deze voorgesteld aan het bedrijf.
Kandidaten worden zo goed mogelijk voorbereid op de werkomstandigheden en de woon- en leefsituatie in Nederland. Zij zijn goed op de hoogte van de eisen die door werkgevers aan uitzendkrachten worden gesteld.
Uitzenden en detacheren
Bij uitzendwerk is altijd sprake van drie partijen: de uitzendkracht, het uitzendbureau en het bedrijf waar de uitzendkracht werkt (de inlener). Het uitzendbureau is verantwoordelijk voor de werving, selectie en administratieve zaken, maar de uitzendkracht werkt onder leiding en het toezicht van de inlener.
Uitzenden en detacheren lijken sterk op elkaar. Het belangrijkste verschil tussen uitzenden en detacheren is dat de detacheringsvereenkomst tussen het uitzendbureau en de uitzendkracht bij detacheren doorloopt, ook als de opdracht (het werk) geëindigd is.
Polned Uitzendbureau past met name detacheringsovereenkomsten toe, dit om haar medewerkers extra zekerheid te bieden. Gemiddeld blijven de medewerkers vier tot zes weken in Nederland werken en gaan daarna één of twee weken met verlof. Deze cyclus continueert zich vervolgens gedurende het jaar. Vanzelfsprekend wordt in overleg met klanten en medewerkers de feitelijke vakantieplanning bepaald. Veel uitzendkrachten komen met regelmaat terug naar Nederland om te werken voor bedrijven in de regio. Polned is een betrouwbaar en solide bedrijf, zowel voor opdrachtgevers als werknemers. Dit blijkt onder andere uit het lage verloop van uitzendkrachten en de reeds jarenlange samenwerking met diverse klanten.
Outsourcing en maatwerk projecten
In ons streven om waarde toe te voegen aan de keten en bedrijven compleet te ontzorgen, bieden wij de mogelijkheid tot outsourcing en maatwerk projecten.
Outsourcing, ook wel contracting genoemd, is een vorm van dienstverlening waarbij de contractor als opdrachtnemer verantwoordelijk wordt voor een deel van de productie van de opdrachtgever. Dat deel van de productie wordt als het ware geoutsourced naar de contractor. In dat geval is Polned niet alleen verantwoordelijk voor de bemiddeling van personeel (zoals bij uitzenden), maar verplicht de opdrachtgever Polned ook tot het behalen van een bepaald resultaat van de werkzaamheden. De leiding over en het toezicht op het personeel ligt bij outsourcing/contracting bij Polned (de contractor).
Wij bieden klanten de mogelijkheid volledig of gedeeltelijk haar productie aan ons uit te besteden. Polned zoekt voor iedere vraag een passende oplossing, denk daarbij aan het aannemen van projecten in diverse vormen zoals; assemblage-/montagewerk, in-/ompakwerk, onderhoudswerkzaamheden, schilderwerk, etc.
Opleiding
In het kader van de persoonlijke ontwikkeling van onze medewerkers en de toegevoegde waarde die zij leveren in het productieproces van onze klanten, zien wij het als een belangrijk aspect van onze bedrijfsvoering om de medewerkers waar nodig op te leiden. Hierbij kan worden gedacht aan het aanbieden van verschillende trainingen en het laten behalen van de daarbij behorende certificaten (VCA, heftruckchauffeur, machinist, Nederlandse taal), maar ook aan bedrijfsspecifieke opleidingen. In overleg met de klant en medewerker wordt een opleidingsplan bepaald.
Huisvesting
Leden van de ABU die werken met arbeidsmigranten en daarvoor eigen huisvestingslocaties beschikbaar hebben, moeten voldoen aan de uniforme landelijke huisvestingsnormen van de Stichting Normering Flexwonen (SNF) die ook zijn vastgelegd in de ABU CAO voor Uitzendkrachten. Een onafhankelijke instelling controleert of deze huisvestingsnormen door leden op de juiste wijze worden toegepast. Polned is in het bezit van het SNF certificaat, en toont daarmee aan ook op het gebied van huisvesting goed voor haar medewerkers te zorgen en dus te voldoen aan de gestelde normen.
Elke woning beschikt over ruime slaap- en leefruimtes en goede kook- en sanitaire voorzieningen. Tevens zijn er voldoende voorzieningen op het gebied van brandveiligheid getroffen. De woningen zijn landelijk gelegen in de Brabantse Kempen, met veel mogelijkheden voor ontspanning. Ook zijn er altijd voldoende winkels in de buurt om boodschappen en dergelijke te halen.
Wij hanteren een adequaat 24x7 beheer op onze woningen. Bewoners, omwonenden en andere belanghebbenden welke vragen hebben hieromtrent kunnen ons te allen tijde bereiken op het nummer en email adres zoals vermeldt op de contact pagina van deze website.
Vervoer
Polned beschikt over een uitgebreid wagenpark, waaronder minibussen en personenauto's, waarmee de medewerkers worden vervoerd en waarmee zij hun werk kunnen doen. Continu bewaken wij de kwaliteit van ons wagenpark, zodat medewerkers op tijd en veilig op hun werk arriveren. Afhankelijk van de situatie krijgen medewerkers een voertuig ter beschikking, in andere gevallen wordt er door Polned vervoer verzorgd.
Voor het vervoer vanuit het thuisland naar Nederland en terug hebben medewerkers de mogelijkheid om gebruik te maken van door Polned georganiseerd vervoer, dat wordt uitgevoerd door professionele personenvervoer organisaties. Dit geeft ons de zekerheid dat onze mensen op een goede en veilige manier vervoerd worden. Daarnaast is onze klant er dan ook van verzekerd dat de medewerkers tijdig op hun werk zullen verschijnen na een welverdiende verlofperiode.
Begeleiding
Vanaf het moment dat de medewerkers in Nederland arriveren, worden ze opgevangen en begeleid door intermediairs. Zij worden ondergebracht in gemeubileerde woningen, die van alle gemakken zijn voorzien. De TV kan Poolse zenders ontvangen, er is een telefoon om naar familie te bellen en er is een wifi verbinding aanwezig. Daarnaast zorgen wij voor een BSN-nummer en we melden onze medewerkers aan bij de verschillende instanties t.b.v. Sociale Zekerheid en de Ziektekostenverzekering. Verder hebben wij de beschikking over een vaste huisarts en tandarts, zodat adequate medische zorg voor de medewerkers altijd gewaarborgd is.
Tijdens de eerste dagen bij hun nieuwe werkgever worden de uitzendkrachten begeleid door de intermediairs. Het is van het grootste belang dat de medewerkers zo snel mogelijk weten wat er van hen verlangd wordt en zich hier thuis voelen. Omdat de begeleiders tweetalig zijn, verloopt dat proces soepel. Maar ook voor nieuwe klanten is het van belang dat zij een goede begeleiding krijgen in de omgang met internationale arbeidskrachten. Een goede internationale arbeidsbemiddelaar biedt totale begeleiding bij wonen, werken en leven.
Anti-discriminatiebeleid
Het doel van deze gedragsregels is:
bevorderen dat uitzendondernemingen in hun beleid en dagelijks handelen het beginsel van gelijke behandeling toepassen en om uitzendondernemingen hun vaste medewerkers, uitzendkrachten en opdrachtgevers, duidelijkheid te verschaffen over hoe het (bewust of onbewust) maken van bij de wet verboden ongelijke behandeling kan worden voorkomen. Het betreft hier ongelijke behandeling op grond van geslacht, ras, etnische afkomst of huidskleur, nationaliteit, godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, burgerlijke staat, seksuele gerichtheid, handicap en leeftijd.
Artikel 1. Het verbod van onderscheid
Overeenkomstig de bepalingen van de Algemene wet gelijke behandeling (AWGB), de Wet gelijke behandeling van mannen en vrouwen (WGB), de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronische ziekte (WGBH/CZ) en de Wet gelijke behandeling op grond van leeftijd bij de arbeid (WGBL), wijzen uitzendondernemingen onderscheid af op grond van geslacht, godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, nationaliteit, hetero- of homoseksuele gerichtheid, burgerlijke staat, handicap of chronische ziekte en leeftijd.
Uitzendondernemingen onthouden zich van het maken van ongeoorloofd onderscheid, direct dan wel indirect. Bij direct onderscheid is sprake van een directe verwijzing naar een van de in het eerste lid genoemde persoonskenmerken. Indirect onderscheid is onderscheid op grond van een neutraal criterium, dat bepaalde personen onevenredig zwaar treft in verband met één van de genoemde persoonskenmerken.
Opvattingen of voorkeuren van opdrachtgevers, hun personeelsleden of hun relaties zijn geen geldige reden om personen uit te sluiten in verband met de in het eerste lid genoemde persoonskenmerken.
Uitzendondernemingen zullen opdrachtgevers en aspirant-opdrachtgevers in voorkomende gevallen laten weten dat zij geen medewerking verlenen aan het inwilligen van eisen of wensen met een discriminatoire strekking.
Artikel 2. Voorkeursbeleid
In uitzondering op het verbod van onderscheid, is het voor opdrachtgevers wettelijk toegestaan om bij vacatures een voorkeursbeleid te voeren ten aanzien van uitsluitend drie groepen: vrouwen, personen behorende tot een bepaalde etnische of culturele minderheidsgroep en personen met een handicap of chronische ziekte. Dit is echter alleen toegestaan indien dit beleid tot doel heeft personen behorende tot deze groepen in een bevoorrechte positie te brengen teneinde feitelijke ongelijkheden op te heffen. Voorkeursbeleid dient te voldoen aan de eisen zoals gesteld in artikel 2, derde lid, van de Algemene wet gelijke behandeling, respectievelijk artikel 3, eerste lid, aanhef en onderdeel c, van de Wet gelijke behandeling op grond van handicap en chronische ziekte.
Het voeren van voorkeursbeleid ten aanzien van andere dan bovengenoemde groepen - zoals mannen, personen die niet behoren tot een etnische of culturele minderheidsgroep (‘autochtonen’) - is in geen geval toegestaan. Evenmin is het toegestaan voorkeursbeleid te voeren op grond van andere persoonskenmerken.
Artikel 3. Werving en selectie
Bij de werving, selectie en het ter beschikking stellen van arbeidskrachten aan opdrachtgevers dienen uitzendondernemingen, met inachtneming van de wettelijke bepalingen, zich uitsluitend te laten leiden door functionele eisen.
Ter voorkoming van het maken van ongeoorloofd onderscheid is het stellen van niet-functierelevante eisen bij het ter beschikking stellen van arbeidskrachten niet toegestaan, omdat het effect daarvan kan zijn dat (indirect) onderscheid wordt gemaakt op grond van verboden persoonskenmerken.
Uitzendondernemingen zullen aan opdrachtgevers in voorkomende gevallen laten weten dat de wet hen verbiedt om medewerking te verlenen aan het inwilligen van eisen of wensen met een discriminatoire strekking.
Artikel 4. Het aanbieden van betrekkingen
Het openlijk aanbieden van een betrekking geschiedt wat betreft tekst en vormgeving van de vacature zodanig, dat hieruit geen voorkeur blijkt ten aanzien van geslacht of leeftijd.
Voor zover het maken van onderscheid op basis van gelijke behandelingswetgeving bij wijze van uitzondering is toegestaan, wordt deze reden bij de aanbieding van de betrekking uitdrukkelijk vermeld.
Artikel 5. Mededelingsplicht
Uitzendondernemingen en opdrachtgevers mogen in de selectiefase geen vragen stellen over persoonsgebonden kenmerken zoals zwangerschap, handicap of chronische ziekte, en ziekteverleden, tenzij dit op grond van gelijke behandelingswetgeving bij wijze van uitzondering is toegestaan.
Artikel 6. Registratie van persoonskenmerken
Uitzendondernemingen zullen bij het inschrijven van (aspirant-) uitzendkrachten geen aantekening maken omtrent ras, huidskleur of etnische afkomst van de betrokkenen.
Het aantekenen dat een (aspirant-) uitzendkracht behoort tot een etnische of culturele minderheid zal alleen geschieden indien de werkgever de bedoeling heeft een voorkeursbeleid te voeren voor deze groep teneinde de feitelijke ongelijkheid van deze groep op te heffen.
Uitzendondernemingen mogen die gegevens registreren die nodig zijn om aan wettelijke regels te voldoen, zoals het vaststellen of de (aspirant-) uitzendkracht in Nederland werkzaam mag zijn. Volgens de Wet op de identificatieplicht zal iedere persoon zich bij indiensttreding bij een werkgever moeten identificeren door middel van een paspoort, rijbewijs of identificatiekaart. Blijkt de persoon een niet-Nederlandse nationaliteit te bezitten, dan moet worden vastgesteld of de persoon een EER-onderdaan is of niet. Alle EER-onderdanen mogen - indien wordt voldaan aan enige formele, administratieve vereisten - zonder beperkingen in Nederland werken. Is de (aspirant-) uitzendkracht geen EER-onderdaan, dan moet worden vastgesteld of de persoon gerechtigd is in Nederland te verblijven en te werken, conform de Wet arbeid vreemdelingen (WAV ). Gebruik van deze gegevens voor andere doeleinden is niet geoorloofd.
Artikel 7. Bekendmaking
Uitzendondernemingen reiken deze gedragsregels uit aan hun vaste personeel en geven waar nodig instructies over de uitvoering en de toepassing.
De gelijke behandelingswetgeving maakt onderdeel uit van de opleiding tot intercedent.
De ABU en zijn leden onderschrijven deze gedragsregels en publiceren deze op de website van de ABU.
Artikel 8. Klachtenprocedure
Iedere belanghebbende kan een klacht indienen tegen een lid van de ABU of tegen een uitzendorganisatie die geen lid is van de ABU, maar die zich op voorhand en vrijwillig aan deze gedragsregels heeft onderworpen. Dit kan bij de secretaris van het Scheidsgerecht en bij gebreke van een zodanige secretaris bij het secretariaat van de ABU. De klacht bestaat eruit dat de uitzendonderneming in strijd zou hebben gehandeld met één of meer artikelen van de gedragsregels. De secretaris van het Scheidsgerecht, en bij gebreke van deze, het secretariaat van de ABU, zal de klacht zo spoedig mogelijk aan het Scheidsgerecht doorzenden.
De mogelijkheid om een klacht in te dienen bij het Scheidsgerecht doet niet af aan de mogelijkheid die een belanghebbende ingevolge artikel 12, tweede lid, van de AWGB heeft om een verzoek om een oordeel in te dienen bij de Commissie Gelijke Behandeling. Niet vereist is dat daaraan voorafgaand de klachtprocedure bij het Scheidsgerecht of enige andere interne of externe procedure is doorlopen.
De sancties, die het Scheidsgerecht kan treffen, bestaan in het geven van een waarschuwing aan de betrokken uitzendonderneming of een schriftelijke berisping, respectievelijk het geven van een advies aan de ABU om het schuldig verklaarde lid uit het lidmaatschap van de ABU te ontzetten.
Op www.abu.nl kun je ook terecht voor meer informatie over dit onderwer